EVENEPOEL, Henri (Nice, 1872-Parijs, 1899)
Schilder, tekenaar, etser. Opleiding aan de tekenschool te Sint-Joostten-Node, aan de academie en in het atelier van Crespin te Brussel (1885-1892). Te Parijs vanaf 1892 verdere opleiding aan de Ecole des Beaux-Arts o.l.v. V. Galland en leerling van G. Moreau. Realiseerde o.m. portretten, openluchttaferelen, landschappen, figuren. Verbleef in 1897 en 1898 in Algerije. Behoort tot de schilders die zich op het einde van de 19e eeuw te Parijs gingen vestigen om er zich in het licht van de bloeiende Franse schilderkunst te vervolmaken. Te Parijs schilderde hij (kinder)portretten en stadsgezichten naar schetsen en foto’s. hij werd
er vooral geboeid door de soliede opbouw en het coloriet van het werk van E. Manet. Naast de Franse invloeden werkten zeker ook die van H. Leys, L. Dubois en J. Stobbaerts na. In de werken, ontstaan tijdens het verblijf in Algerije en tijdens het jaar daarop na zijn terugkeer te Parijs, trad echter verheldering en verheviging van het palet op. Werk o.m. in de musea te Antwerpen, Brussel, Gent, Luik, Deurle, Sint-Niklaas.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
EVENEPOEL, Henri (Nice, 1872-Paris, 1899)
Peintre, dessinateur, graveur. Il suit une formation à l’école de dessin de Saint-Josse-ten-Noode et dans l’atelier de Louis Crépin à Bruxelles (1885-1892). En 1892, il part à Paris parfaire sa formation à l’École
des Beaux-Arts sous la direction de Pierre-Victor Galland et est élève de Gustave Moreau. Il réalise, entre autres, des portraits, de scènes en plein air, des paysages, des personnages. En 1897 et 1898, il réside en Algérie. Il fait partie des peintres qui, à la fin du XIXe siècle, viennent s’installer à Paris pour s’y imprégner de la lumière qui caractérise la peinture française en plein essor. Il y peint des portraits (d’enfants) et des vues de ville d’après des croquis et des photographies. Il y est avant tout fasciné par la composition solide et le coloris de l’oeuvre de Manet. Outre les influences françaises, celles d’Henri Leys, Louis Dubois et Jan Stobbaerts opèrent aussi. Dans les oeuvres qui voient le jour durant le séjour en Algérie et dans l’année qui suit son retour à Paris, on observe un éclaircissement et une intensification de sa palette. Ses oeuvres figurent, entre autres, dans les collections des musées d’Anvers, Bruxelles, Gand, Liège, Deurle, Saint-Nicolas.
